zaterdag 28 november 2009

De villas, het Spaanse woord voor sloppenwijken

Zoals beloofd, hier een poging om te beschrijven hoe ik mijn eerste activiteit in de sloppenwijken heb beleefd. Volgens mij kan dit gevoel onmogelijk volledig worden uitgedrukt met woorden. Het is iets dat je zelf met eigen ogen moet hebben gezien. Ik nam deel aan een activiteit in een wijk waar je met een van wordt naartoe gebracht. Aangezien de organisatie geen financiële steun krijgt van de overheid, wordt voor het vervoer aan elke vrijwilliger 5 euro gevraagd. Op het eerste zicht klinkt dit misschien veel geld, maar een busticket van Beveren-Leie naar Waregem heen en terug kost de dag van vandaag ook 5 euro. Hier spreek ik dan echter van een rit heen en terug van elk 40 minuten.


Eenmaal we de sloppenwijken binnenreden, herkenden de kinderen de auto onmiddellijk. Ze riepen de namen van de vrijwilligers die met regelmaat naar deze wijk komen, en renden achter onze van aan. Toen we stil stonden, smeten de kinderen de deuren open en sprongen op onze schoot om te knuffelen en hielpen het gerief dragen we bij hadden. In België kan ik mij dit niet inbeelden, kleine kinderen die vreemde jongeren bespringen… Bij deze was het onbekende tussen ik en de kinderen al verbroken. Eenmaal op weg naar het lokaaltje, kon ik mijn ogen en ook mijn neus niet geloven: Overal stonk het naar hondenpoep en overal waren er tekens van vreselijke armoede: in een ruwbouw dat bedoeld was als een ziekenhuis woonden vele families, kinderen waren zich aan het wassen en tegelijkertijd aan het spelen in de plassen modder, al het vuil lag op de straat, alle wegen bestonden uit aarde, overal lagen (halfdode) honden, de kleine huisjes die bestonden uit enkele bakstenen waarop amper cement was te bespeuren… Al gauw klonk er een stemmetje in mijn hoofd: “Annelies, je bent hier niet als toerist! Focus je op de kinderen!” Oké, het was mijn eerste activiteit, dus wist ik niet echt wat mij te doen stond. Andere vrijwilligers waren druk bezig met de kinderen, dus nam ik plaats aan een tafel omringd door kinderen (De organisatie kan twee tafels en enkele stoelen gebruiken van het evangelisch kerkje -> Een kot bestaande uit 3 vierkante meter, waarin de stank echt niet te houden is). In het midden van de tafel wordt een map gelegd waarin allerlei oefenblaadjes zitten: Tekeningen om in te kleuren voor de allerkleinste, doolhof voor de kleinste, rekensommen, engelse vragen die de kinderen moeten beantwoorden, woordzoekers… Per taak dat zij maken en tot een goed einde brengen, krijgen de kinderen een stickertje op hun werkmap geplakt. Elk kind heeft namelijk zijn eigen kartonnen werkmapje waarin alle taken van voorbijgaande keren worden in verzameld. Je zou misschien denken: welke kinderen willen nu zo’n saaie dingen doen? Maar hier waren alle kinderen van het begin tot het einde steeds druk in de weer, desnoods met de nodige afwisseling van touwtjespringen, voetbal of baseball. In het begin verliep het allemaal wel wat stroef, maar op het einde van de activiteit had ik een meisje op mijn schoot waarmee ik samen een tekening inkleurde, een heel intelligent zesjarig jongetje naast waarmee ik samen wat rekenoefeningen hebt gemaakt en voor mij “den lastpak” van de hoop waarmee ik vier op een rij speelde. Naar het einde toe wordt ook voor elk kind een glas chocolademelk uitgeschonken en een koek uitgedeeld. En nee, het waren niet de kinderen die hysterisch begonnen doen omdat ze eten zagen, maar wel de honden die keihard begonnen blaffen! Die beesten liggen daar echt halfdood langs de kant te vergaan van de honger…


Op weg naar de auto kregen we vele knuffels van de kinderen, gaven ons zoentjes en vroegen om niet weg te gaan. Maar ondertussen was het al 18uur30, de avond viel en werd het stilletjes aan toch wel tijd om de stad terug op te zoeken… Mentaal een moeilijke ervaring, maar voor die kinderen betekenen deze enkele uurtjes “schoolonderricht” zoveel! Ik dan ook besloten om wekelijks één of twee keer een activiteit mee te begeleiden!

woensdag 25 november 2009

Rijden in Argentinië: niet zonder gevaren!

Dag beste blogvolgers,

We vonden de tijd geacht om het even over het rijden in Argentinië te hebben. Er gebeuren hier zoveel rare dingen op de weg dat we het met jullie willen delen. Ikzelf, PJ, leg veel afstand af en heb toch al redelijk wat meegemaakt, maar ook in de hoofdstad BsAs is het een beleving.

Als eerste even het feit van de honden aanhalen. In België heb je misschien nog wel wat zwerfkatten, wel hier heb je zwerfhonden. Je ziet ze dan ook echt overal rondlopen en vooral rondliggen, soms zelf in de midden van de weg. Ze zijn ook wel gevaarlijk, niet van bijten enzo, maar van in de weg lopen als je met de auto rijdt. Zo vinden sommige honden het leuk om een hele tijd naast je auto te lopen, met alle gevolgen vandien. Je ziet er dan ook nu en dan eentje langs de kant van of op de weg liggen, die niet meer zal bewegen. Als we aan het rijden zijn, moeten we dan ook meermaals elkaar waarschuwen voor een levensloos object op weg, waarna de andere het dan stijlvol probeert te ontwijken. Zelf heb ik er nog geen doodgereden, al heeft het 1 keer niet veel gescheeld. Ik draaide een straat in en hoorde een grof gerommel. Toen ik na de bocht stopte, zag ik een hond van onder mijn auto al jankend weglopen. Dus ik heb daar effen geluk gehad.

De honden zijn echter niet de enige dieren die zich op de weg begeven. Je ziet hier regelmatig (niet in BsAs) een paard en een kar. Die zijn van mensen die allerlei vuilnis ophalen. Ze generen zich dan ook niet om er mee op de autostrade te gaan rijden. Naast die paarden zie je op de autostrade ook regelmatig wielrenners. Die vinden het blijkbaar het ideaal traject om hun sport te beoefenen.

Over de autostrades hier valt ook wel wat te vertellen. De staat ervan is soms erbarmelijk slecht. Ik vergelijk het een beetje met de Wafelstraat op den Belgiek, maar dan een 2-vaksbaan, waar je 130 km/u mag. Je voelt je al gauw op een roetsjbaan. Qua afwatering van de weg moeten ze hier nog veel leren, zoniet alles. Ik zat eens op de autostrade toen een helse stortbui losbarste en de wegen veranderden echt in een waterbad. Dan heb je dus het beruchte fenomeen van aquaplaning. Je auto glijdt als het ware over het water tot je terug grip op de vaste grond hebt. Best wel gevaarlijk, maar ik ben veilig op mijn bestemming geraakt.

Op de autostrades heb je ook peages. Je betaalt meestal niet meer dan 2 $ (ong. 0,4 €). Maar het grappig begint als er veel volk staat te wachten in de verschillende rijen. Dan wordt men ongeduldig en begint iedereen te claxonneren. Echt een hels lawaai is dat. Het gevolg ervan is dat ze alle poortjes open zetten en iedereen gratis doorlaten. Ik heb dit zelf nog maar 1 keer meegemaakt.

Net als in België komen ook hier in Argentinië files voor als gevolg van ongevallen of wegenwerken. Het enige verschil met België is dat de bestuurders hier rijvakken bijmaken. Stel dat er een 2-vaksbaan is en ze sluiten 1 vak af, dan rijden ze gegarandeerd op de pechstrook en zelfs op het gras naast de pechstrook: waar ze ook maar kunnen rijden, worden creatieve banen gecreëerd. Op deze manier krijg je dus al gauw een bredere rijbaan (tot 5 rijstroken).

Over brede rijbanen gesproken: er wordt gezegd dat hier in BsAs de breedste weg ter wereld zou liggen. De Av. 9 de Julio telt ongeveer 7 rijvakken in iedere richting, met daarnaast nog eens 2 vakken in iedere richting (om kleinere straten in te slaan). De totale breedte moet iets van een 150m zijn. Wel indrukwekkend om op te rijden hoor. Ze zou aangelegd zijn om de toevoer naar de stad te verbeteren. Maar zelfs op die weg gebeuren er dingen die je je in Belgie niet kan inbeelden. Zo stonden we op die weg eens in een file en toen we bij de oorzaak kwamen, zagen we dat honderden mensen gans de weg hadden afgezet voor een staking. De stakers hadden er dus niets anders op gevonden om de belangrijkste toestroomweg van BsAs te blokkeren. En de politie, wat dacht je? Die keek maar toe!

De politie hier in BsAs doet niet zo heel veel. Ze zeggen dat er flitsers zouden moeten staan, maar ik heb daar nog niets van gezien. Ik heb 1 keer meegemaakt dat er een flik op een kruispunt stond om het verkeer te regelen omdat het verkeerslicht het niet meer deed en toen die zag dat het een onmogelijke taak bleek om de auto’s in goede banen te leiden, besloot hij maar om ook op te stappen. Hij wandelde doodleuk van het ganse probleem weg. Zo lossen ze alles hier op in BsAs. Eens je buiten BsAs gaat dan kan het wel eens voorvallen dat de politie wat corrupt is. Zo moest een collega van mij onlangs een boete van 200 $ (50 €) betalen omdat zijn lichten niet brandden. (Je moet hier dag en nacht met lichten aan rijden). Normaal geven ze daar geen boete voor of maximum 30 $, maar de politieagent zag zijn kans om meer te vragen. Mijn collega kon gelukkig wat spaans en heeft zijn boete kunnen herleiden tot 100$. Het grappige aan het verhaal is dat het geld in zijn paspoort moest worden gestopt en hij moest doen alsof er een gewone paspoortcontrole was en niets aan de hand was. Op die manier hadden de collega’s niet door dat er op één of andere manier geld werd weggemoffeld…

In de stad rijden vraagt wel wat moed en durf. Zoals je uit een vorige post al kon lezen, is het hier beter om je rijstrook te kiezen. Je wordt immers langs alle kanten overstoken. De taxi’s en de bussen zijn hier ronduit het gevaarlijkst. Waar ze in Leuven zeggen dat de fietsers overal voorrang hebben, zeggen ze dat hier van de taxi’s en de bussen. Ze snijden je constant de pas af en duwen je van je rijstrook, tegen de kant op. Je moet echt goed uit je doppen kijken. Grappig is ook het feit dat als het begint te regenen, je dan plots geen taxi’s meer ziet in het straatbeeld. Ze zouden nu net meer moeten rijden, maar dat is niet het geval. Kan je er toch een te pakken krijgen, dan zegt hij dat hij weg moet en je niet kan meenemen.

Als je in de stad wilt parkeren, dan zie je altijd hetzelfde. Er staat een mannetje langs de kant met een soort vod of doek te zwaaien waar je moet gaan staan. Hij helpt je dan om in te rijden en zodanig te parkeren dat je geen andere auto’s raakt. Als je weggaat geef je die vent dan best een peso of 2 à 3. Als je dat niet doet, dan loop je het risico om je auto in een andere staat terug te vinden. Het zijn als het ware levende parkeermeters, maar dan gelinkt aan de maffia. Vraag ons niet wat er echt gebeurd als je niet betaalt, want wij gaan het niet proberen.

Ziezo, nu weet je ook iets meer over het verkeer in Argentinië. Het is een hele beleving, maar we trekken onze plan!

Vele groetjes.