De grote vraag die alle mensen elke keer opnieuw aan me stellen : wat doe je daar eigenlijk alle dagen? Jij hebt er zo'n leuk leven, had ik het maar ook ...
Een ex- collega'tje van mij, Erika Flach, schreef er een artikel over. Ik hoop dat bij deze de denkebeelden over het prachtige expatbestaan voor eens en altijd van de baan zijn!
Klats! Daar dook de gevreesde tenenkrommende vraag weer eens op. De vraag waar alle expatpartners van gruwen. De vraag luidt als volgt: ‘Wat doe jij dan zo heel de dag?’. Toen ik nog een kunstacademiestudent was, bestond er ook zo’n heerlijke tergende kwestie die buitenstaanders blijkbaar bezig hield. Dan vroegen ze: ‘Kunstenaar zijn, brengt dat nog een beetje brood op de plank?’. Blèh. Komt het door het type mens die dit soort vragen stelt? Dat zou heel goed kunnen, het helpt in ieder geval mee, want vreemd genoeg is het wel altijd hetzelfde type, type doe-maar-normaal-dan-doe-je-al-gek-genoeg. Type het-moet-wel-in-mijn-hokje-passen-anders-snap-ik-het-niet. Even voor de duidelijkheid: de intonatie van hoe de vraag gesteld wordt, is erg belangrijk. Uiteraard zijn er ook welwillende oprecht geïnteresseerde mensen in je naaste omgeving die gewoon graag willen weten waar je je dagen mee vult. Over die mensen gaat het natuurlijk niet.
Het zal voornamelijk iets in mij zijn, dat ik van binnen steiger als ik dat soort vragen hoor. Maar wat is het precies en hoe komt het dat andere expatpartners er ook last van hebben? Omdat de vragen iets impliceren. De vraagsteller heeft al een antwoord in z’n hoofd, bijvoorbeeld: Kunst gaat je niks opbrengen en jij leeft van mijn belastingcenten. Het andere antwoord is: Jij doet natuurlijk helemaal niks en teert op het geld van je partner.
Toen ik informeerde bij mijn vriendinnen die in hetzelfde schuitje zitten naar hun reactie op de vraag der vragen, zei één dame: ‘alles en niets’. Dat vond ik wel mooi gevonden. Het is ook waar. Maar mijn respons was de laatste keer: ‘schilderen’. En daarna droop er een slap verhaaltje uit mijn smoelwerkje met woorden daarin als ‘kunstacademie’ en zinnen als ‘kan m’n werk overal ter wereld doen’ bladiebladiebladiebla. De vragenstelster in kwestie zei daarop: ‘Oh leuk en die schilderijen, verkoop je die dan?’. Ja hoor, sla me maar weer om de oren met je brood en je plank.
Het is een droom voor velen. Een leven zonder verantwoordelijkheden, niet werken, doen wat je wil, toekomen aan alles waar je nooit tijd voor had, de zon op je kop, een mooi huis en over geld geen zorgen. Een gevleugelde uitspraak van mijn moeder is: ‘Werken was een straf van God’. Daar ben ik dus lekker onderuitgekomen. Maar mijn moeder heeft ongelijk. Een job zorgt ervoor dat je niet de hele dag met je eigen gedachten in de weer bent, maar je op je werk kan concentreren. Een baan geeft je eigenwaarde en niet te vergeten sociale contacten. Partners die meegaan naar het buitenland en soms zelfs niet mogen werken, kunnen in een lastig parket verzeild raken. Veel te veel tijd om na te denken, tanend zelfvertrouwen en steeds maar nieuwe vrienden moeten zoeken. Sommige mensen bezwijken aan de illusie van het gelukzalige nietsdoen. Teruggaan naar het thuisland heeft in vele gevallen te maken met de drang van de zonder werk zittende echtgenoot of echtgenote. Daarom hebben we zo’n hekel aan die vraag. Het niet hebben van werk is onze achilleshiel. We hebben alles, maar kunnen niet zeggen wat we zijn. Wij zijn de gedweeë sufferdjes die ouderwetsig met het eten zitten te wachten totdat de kostwinner thuis komt. Juist onze generatie is met het idee opgegroeid dat je alles kon worden wat je wilde zijn. En wat wilde je worden? In ieder geval iets waarin je je talenten volledig kwijt kon en een klein beetje status was ook wel welkom. O ja en was het niet ontzettend belangrijk om financieel onafhankelijk te zijn in deze tijd? En nu? Wat ben jij? Wat doe je? Wat doe je zo precies de hele dag?
Jaren geleden toen een collega van mijn echtgenoot naar mijn dagelijkse bezigheden vroeg, repliceerde ik: ‘Bijzonder dat die vraag altijd aan ons gesteld wordt, maar wat doe JIJ eigenlijk heel de dag?’. Dat was best een slimme zet van mij, al zeg ik zelf. Want het laat zien dat het een vreemde vraag is. Alsof je verantwoordelijkheid moet afleggen voor wat je doet. Alsof je een hele lijst moet opgeven. En wat kan de werkende mens antwoorden, als hij echt moet zeggen wat hij/zij de hele dag uitspookt. En is dat interessant voor jou als toehoorder?
Elke dag werk ik er hard aan om mijn gedachten te kanaliseren, om mezelf te entertainen en mijn sociale netwerk op peil te houden. Ik schilder, ik kook, ik mail, ik skype, ik facebook, ik lunch, ik volg portugese les, ik maak schoon, ik kijk tv, ik lees, ik doe de was, ik maak een uitstap, ik doe boodschappen, ik klus, ik zwem, ik geniet. O ja en ik schrijf stukjes over dit soort tenenkrommende vragen.
Zeer herkenbaar :)
BeantwoordenVerwijderen